Houdbaar geluk (2012)
Eén van de voorrechten van het moederschap vind ik dat ik iemand heb om voor te lezen. Ik lever het dagelijkse voorleeskwartiertje echt niet graag in, ook al ligt er vaak nog een hoop werk op me te wachten. En hoewel ik merk dat de kinderen er ook erg aan hechten, weet ik niet wie er meer plezier aan beleeft: zij of ik. Gezellig op de bank tussen hen in, samen nieuwsgierig hoe het verhaal verder gaat.
Want oh, die verhalen...
Wat zijn er toch een hoop mooie verhalen op de wereld. Ik heb echt bewondering voor de creatieve mensen die dat allemaal kunnen bedenken. Het moet toch heerlijk zijn om er zo op los te mogen fantaseren! En het is me dan ook niet snel te dol. Nee hoor, hoe meer fantasie, hoe beter. Geen wonder dat ik toch elke keer weer bij de sprookjes uitkom. Oud of modern, wij vinden ze prachtig.
Sprookjes
Wat is dat toch, met mensen en sprookjes? Waarom houden we zoveel van die gekke, fantastische verhalen, waarin uiteindelijk altijd alles goed komt? Daar valt natuurlijk een hele hoop over te zeggen. Maar ik denk dat het ten diepste is omdat we allemaal op zoek zijn naar een Goed Leven. En omdat in sprookjes het grote geluk onder handbereik lijkt te liggen.
Soms zijn sprookjes ons zelfs zo dierbaar, dat niemand er aan mag komen. We kunnen ons eraan vastklampen, zelfs tegen beter weten in. En als iemand ze ons afneemt, kunnen we ontzettend boos worden. Niemand mag de betovering verbreken.
Toch is dat wel wat onze predikant op een zondagmiddag deed. In een preek over het huwelijk nam hij ruim de tijd om te beschrijven hoe mooi de liefde tussen man en vrouw kan zijn. Ik luisterde er geboeid naar. Maar toen verbrak hij eigenhandig de betovering. Want, zei hij, hij stond daar niet op de preekstoel om ons mooie verhalen te vertellen, maar om ons uitzicht op een écht Goed Leven te bieden.
Idealen
In sprookjes wordt trouwen vaak voorgesteld als het summum van geluk. 'Hij bracht haar naar zijn kasteel en daar leefden ze nog lang en gelukkig.' En ook al weten we best dat het zo niet helemaal werkt, toch willen we het maar al te graag geloven. Met torenhoge idealen stappen we het huwelijksbootje in. En met ogen vol gespannen verwachting kijken we naar onze man of vrouw, die immers álles voor ons betekent:
Als wij trouwen, zullen we elkaar tot bloei laten komen. We zullen elkaar aanvoelen zonder woorden. Hij zal mij helpen mezelf te ontplooien. En me altijd een goed gevoel over mezelf geven. Zij zal steeds mijn stemmingen aanvoelen en mijn chagrijnigheid weg kunnen masseren. En natuurlijk zal onze seks geweldig zijn.
Romantische onzin, noemde de dominee het. En PATS!
Weg was de zeepbel met die gekleurde voorstelling van zaken.
Wij mensen kunnen helemaal niet verantwoordelijk zijn
voor het geluk van de ander.
Hoe graag we dat ook zouden willen.
Als we trouwen, hebben we eigenlijk maar één grote wens: elkaar gelukkig maken. En dat is een prachtig voornemen, natuurlijk! Maar hoe snel vertillen we ons eraan, als de verantwoordelijkheid zwaarder blijkt dan hij eerst leek. En hoe spoedig verschijnen dan de eerste barstjes in ons geluk. Als die bloeitijd, ondanks al onze
inspanningen, maar niet komt. Als je elkaar zelfs na een heleboel woorden nog niet echt begrijpt. En als vrijen negen van de tien keer helemaal niet zo vanzelf blijkt te gaan.
Werkelijkheid
In het licht van de werkelijkheid verdwijnen onze sprookjes als zeepbellen in het zonlicht. Maar daar liet de dominee ons niet mee zitten. Hij liet ons zien hoe we er van God iets duurzamers voor terugkrijgen. Want wat Hij ons aanbiedt is het échte geluk. Houdbaar geluk, dat niet aangetast wordt zodra wij tegenover elkaar tekort schieten.
De romantische betovering was dan wel verbroken, maar ik haalde toch opgelucht adem. Want wij zijn inderdaad heel gelukkig met elkaar. Maar tekort schieten, daar weet ik alles van. En stel je dan voor dat ik verantwoordelijk zou zijn voor het geluk van mijn man. Wat een ondraaglijk zware last zou dat op mijn schouders zijn. En andersom, als ik werkelijk al mijn geluk van mijn man zou verwachten. Wat zou ik dan een gefrustreerd mens zijn.
Als we ons geluk bij God zoeken, weten we zeker dat we het zullen vinden. Geen sprookjesgeluk, maar wel écht geluk. Want Hij weet wel altijd hoe we ons voelen, zelfs zonder woorden. Hij is wel in staat om met al onze zwakheden rekening houden. Hij kan wel onze wonden helen en pijn van ons wegnemen. En alleen Hij is groot genoeg om ons leven helemaal te vervullen. Want Hij is een Heer die ons de weg naar het leven wijst: overvloedige vreugde in zijn nabijheid, voor altijd een lieflijke plek aan zijn zijde. (Naar Psalm 16:11)